De officier van justitie heeft vandaag dertig maanden cel geëist tegen een voormalig politie-inspecteur die politiegegevens door zou hebben verkocht aan een aangetrouwde neef. Zijn neef zou het op zijn beurt weer hebben doorverkocht in het criminele mileu.
Als politie-inspecteur van de afdeling Bewaken en Beveiligen (onder andere verantwoordelijk voor de bewaking van ambassades) had de 63-jarige Zoetermeerder toegang tot de systemen van de uniformdienst en moest hij die ook regelmatig raadplegen. Maar daarnaast zocht hij ook geregeld naar personen en objecten die helemaal niets met zijn werk te maken hadden. Dat deed hij volgens het OM op verzoek van en tegen betaling door zijn ‘aangetrouwde neef’, een 51-jarige man uit Raamsdonksveer. Vandaag eiste de officier van justitie dertig maanden cel tegen de Zoetermeerder en twintig maanden cel tegen zijn ‘neef’.
Als oom had de Zoetermeerder een goede band met zijn nichtje uit Raamsdonksveer en ook met haar man, een 51-jarige man. Hij kwam er geregeld over de vloer en deed ook klussen voor zijn ‘neef’ die in boten handelt. Op het eerste gezicht weinig aan de hand. Totdat het Team Criminele Inlichtingen in juni 2017 een tip ontving dat de botenhandelaar binnen het criminele milieu politie-informatie verstrekte die hij zou krijgen via een familielid van zijn vrouw.
Dat was voor de Rijksrecherche aanleiding om een onderzoek te starten. Op 11 november 2017 werden de Zoetermeerder en de man uit Raamsdonkveer aangehouden op verdenking van schending van het ambtsgeheim.
Dertigtal bevragingen
De Rijksrecherche heeft de bevragingen van de – inmiddels ontslagen – Zoetermeerder in het politiesysteem geanalyseerd en gekeken welke werkgerelateerd waren en welke niet. Daaruit kwam een lijst van zo’n dertig bevragingen naar voren die geen enkel verband hielden met zijn politiewerk.
De Zoetermeerder verklaart daarover dat hij die bevragingen deed op verzoek van zijn ‘neef’. Die gaf hem de namen door die hij dan door het systeem haalde. Over het waarom vertelt de Zoetermeerder wisselende verhalen. De ene keer stelt hij dat hij daarvoor ‘wel eens 50 euro kreeg’, dan weer dat het om een ‘vriendendienst’ zou gaan.
PGP-telefoons
De officier van justitie gelooft daar weinig van. Zij wijst onder meer naar ontcijferde berichten die via PGP-telefoons zijn gewisseld. Twee PGP-gebruikers zijn daarin op zoek naar de eigenaar van een kenteken. Want de een meent door die auto gevolgd te worden en de ander weet wel iemand die de persoon bij het kenteken kan achterhalen: “Kost maar 250 moet je kijken hoeveel info daarvoor krijgt. Zei tog da die wout alles kon”.
Uit het onderzoek blijkt dat het genoemde kenteken in de bewuste periode maar één keer is gecheckt en wel door de Zoetermeerder. Hoe potentieel gevaarlijk zoiets is, volgt ook uit de PGP-berichten. Want de onbekende PGP-gebruikers spreken over ‘blaffers halen’ en ‘meteen korte metten mee maken’. Zover lijkt het niet te zijn gekomen.
Omkoping
Volgens de officier van justitie kan in tientallen gevallen bewezen worden dat de Zoetermeerder zich heeft laten omkopen om politie-informatie te verstrekken. En in een klein aantal gevallen kan in elk geval schending van de geheimhoudingsplicht worden bewezen. Zij eist tegen hem 30 maanden cel. Tegen de man uit Raamsdonksveer eist de officier van justitie 20 maanden cel wegens het omkopen van een politieambtenaar.
De uitspraak is over twee weken.
