Delft – Het Openbaar Ministerie Noord-Holland (OM) heeft besloten een politieambtenaar van de eenheid Den Haag niet te vervolgen voor zijn betrokkenheid bij een schietincident dat in de vroege ochtend van 8 oktober 2018 plaatsvond in de Breestraat in Delft.
In de vroege ochtend van de betreffende dag komt een scooter met daarop twee mannen de Breestraat in gereden. Een beveiliger van de daar gevestigde coffeeshop houdt toezicht. Op dat moment is ook een politieambtenaar aanwezig, hij heeft nachtdienst en is net tijdens zijn controleronde in gesprek gegaan met de beveiliger. De politieambtenaar en de beveiliger zien de scooter stoppen voor de coffeeshop met een vuurwapen in de bijrijder zijn hand.
Wanneer de bijrijder het wapen richt op het pand van de coffeeshop, roept de politieambtenaar luidkeels ‘Politie’ in de richting van de mannen. Recente beschietingen met automatische wapens, o.a. op deze coffeeshop, liggen nog vers in het geheugen bij de agent.
De bijrijder draait, met het wapen in zijn hand, in de richting van de politieambtenaar en de beveiliger naast hem. De politieambtenaar vreest voor zijn leven en dat van de beveiliger en is bang dat er een vuursalvo op hen afgevuurd zal worden. Er is geen tijd voor een waarschuwingsschot en de dreiging is te groot. De politieambtenaar schiet vijf maal in een tijdsbestek van drie seconden.
De personen op de scooter vluchten. Kort erna overlijdt de bijrijder in het ziekenhuis. Hij is geraakt door een op de straat afgeketste politiekogel. De politieambtenaar verklaart dat de eerste vier schoten in een noodweersituatie zijn afgevuurd. Het vijfde schot is aanhoudingsvuur, gericht op de aanhouding van de mannen.
Onderzoek
De Rijksrecherche heeft in opdracht van het OM een onderzoek ingesteld naar het vuurwapengebruik door de politieambtenaar.
Op basis van dit onderzoek heeft het OM geconcludeerd dat het schieten enerzijds gerechtvaardigd was omdat de politieambtenaar dacht dat de bijrijder zijn doorgeladen vuurwapen op hem richtte met de bedoeling hem te beschieten. Daarnaast is het vuurwapengebruik geoorloofd bij aanhouding van vuurwapengevaarlijke verdachten die zich onttrekken aan hun aanhouding.