Rotterdam – De 20-jarige verdachte die terecht stond voor identiteitsfraude en oplichting tijdens zijn werkzaamheden als postbode, heeft een werkstraf van 240 uur opgelegd gekregen door de rechtbank.
De man misbruikte zijn functie als postbode om de privé-gegevens van zijn geadresseerden te verzamelen en op hun namen bestellingen te plaatsen. De slachtoffers werden daarna plots geconfronteerd met aanmaningen, zonder bewust te zijn dat er iets was besteld. In totaal werden 36 personen slachtoffer.
De officier van dienst noemde het “beschamend” en een “eng idee dat je de postbode niet kunt vertrouwen”. Het Openbaar Ministerie rekende het de verdachte daarom zwaar aan en eiste anderhalf jaar celstraf.
De verdachte, die geen postbode meer is, bekende in de rechtszaal, maar gaf aan het gedaan te hebben om bij zijn vrienden te kunnen horen, die allen in dure kleding liepen. Nadat het een keer lukte, ging hij door met de oplichting.
Lagere straf dan eis
De rechtbank achtte de man schuldig, maar ging niet mee in de eis van het OM, die anderhalf jaar cel eiste. De rechter legde de man namelijk een werkstraf van 240 uur op tezamen met een voorwaardelijke celstraf van vier maanden. Het is vooralsnog onbekend of het OM in hoger beroep gaat.