Rotterdam – Uit gemeentelijk onderzoek blijkt dat bewoners hun huismeesters kennen die sinds 2017 in de ouderenflats aanwezig zijn en dat zij gebruik maken van hun inzet. 85% van de ondervraagden kent hun huismeester en 59% is al eens geholpen door de huismeester.
Deze resultaten blijken uit een bewonersenquĂȘte. Hieruit blijkt verder dat, van de geholpen mensen, de meesten op sociaal vlak hulp krijgen (44%), met fysieke klussen in en rond huis (44%) en met de veiligheid in en rond het complex (12%).
De 7 huismeesters in Prins Alexander zijn voor veiligheid en sociale samenhang de directe schakel naar de gemeente. Zij werken nauw samen met de huismeesters van de corporaties en de gemeentelijke diensten.
De huismeesters geven aandacht, maken een praatje, informeren of er hulp nodig is, geven adviezen, helpen bij het invullen van formulieren en bevorderen het gemeenschapsgevoel in de wooncomplexen. Zij helpen om dingen op te tillen en hebben oog voor onderhoudsklusjes. Verder houden zij toezicht op de omgeving, bieden ze hulp na criminaliteit, en spreken zij ongewenste figuren aan.
Programma Oost zet zeven extra huismeesters in om ouderen in staat te stellen langer veilig zelfstandig te wonen. Vier huismeesters werken in vaste woongebouwen en drie van hen werken flexibel in de buurten Ommoord en Oosterflank. Door de extra huismeesters kunnen ouderen in hun directe omgeving terecht voor allerlei praktische zaken.
Een huismeester helpt dat mensen zich prettig en veilig voelen in hun woonomgeving en houdt een oogje in het zeil. Op deze manier brengen we meer sociale controle terug in de woonomgeving. Voor mensen die wat ouder zijn, betekent dat veel voor hun gevoel van veiligheid.