Rotterdam – Wie rond 1970 in Rotterdam het Centraal Station uitliep naar het Weena, belandde in een winderige vlakte met een hertenwei en in de verte zicht op wat oprukkende grauwe nieuwbouw. Dat moest anders, vonden heel wat kunstenaars. Eén van hen was Cor Kraat, die daad bij woord voegde. Naar Amerikaans voorbeeld maakte hij kleurrijke muurschilderingen, om letterlijk kleur te geven aan die grijze stad townpainting heette dat.
Het was een eenvoudige maar doeltreffende reactie tegen de technocratische verworvenheden van de wederopbouw. Zijn abstracte en organische beeldtaal sloeg in als een bom. Vervolgens stichtte hij met Hans Citroen en Willem van Drunen Kunst & Vaarwerk: een Nederlandse Pop Art variant die met humor terugsloeg naar die harde stad. Sindsdien steekt een auto uit een parkeergarage van het Weena, drijft een reuzenhoed in het Vroesenpark en werden zelfs industriële tanks in het Botlekgebied onder handen genomen.
De schaal van de havenstad vroeg om een kunst van formaat en brutaliteit. Om die stad niet zijn geschiedenis te laten vergeten, herbouwde Kraat de Delftse poort, maar dan wel in knaloranje staal.
Met een knipoog naar het werk van Cor Kraat steekt er uit de gevel van Las Palmas, de voormalige werkplaats van de Holland-Amerika Lijn (HAL) op de Wilhelminapier: een oude tram die een meter of vier uit het pand steekt. De tram vormt de blikvanger voor een tentoonstelling van het werk van de 65-jarige Rotterdamse kunstenaar.De overzichtstentoonstelling in LPII wordt van 28 september tot en met 9 december gehouden.
Foto’s : Pieter van den Berg